Vorige maand waren we bij de oratie van prof. dr. Paul Boelen, die zijn leerstoel aan de Universiteit van Utrecht aanvaardde. Het was bijzonder om daarbij te zijn, in de aula, met live-orgelmuziek, en na afloop bij de receptie. Er stond een lange rij, dus het duurde even voordat we hem konden feliciteren en hadden daardoor alle tijd om de bijzondere zaal in ons op te nemen. De zaal hangt vol met portretten uit een recent en ver verleden, met hooggeleerde heren. Leuk om te zien, zeker als je je voorstelt dat de kennis die zij vergaarden nog steeds dient als ondergrond voor de kennis van nu. Omdat die bevestigd en uitgebreid is, of juist omdat die achterhaald is. Het was dan heel toepasselijk dat Paul tegen ons zei, nadat we hem hadden gefeliciteerd: over een paar jaar staan jullie hier ook, als je promoveert. Een mooi vooruitzicht en eervol om van deze traditie deel uit te mogen maken.
Waarom is het nu zo leuk om te promoveren en een aantal jaar van je leven bezig te zijn met onderzoek, literatuur, data en artikelen?
Het korte antwoord is dat we het belangrijk vinden om theorie en praktijk aan elkaar te koppelen en onderbouwing te hebben voor behandeling of begeleiding. Dat is waar, maar tegelijk ook wat droog en sociaal wenselijk.
Het antwoord dat voor ons geldt, is dat we allebei verzot zijn op nieuwe kennis, interessante wetenschappelijke artikelen en het doen van onderzoek. Rondlopen op de universiteit is altijd een bron van inspiratie, alsof je opgenomen wordt door een omgeving van kennis, alleen al door het inademen van de lucht en het betreden van een gebouw. Bovendien is het geweldig om door onderzoek te doen, bij te kunnen dragen aan het vergroten van kennis. Het afnemen van vragenlijsten, waardoor je data verzamelt, die je weer kunt interpreteren om iets te onderbouwen, of juist niet. Dat is ook kennis.
Op dit moment zijn we een vragenlijst aan het ontwikkelen over (mogelijke) aanwezigheid van rouwsymptomen na het verlies van werk. We hebben daarvoor een bestaande vragenlijst aangepast en zijn nu bezig deze vragenlijst door minstens 165 mensen te laten invullen. Toen de eerste 20 mensen deze vragenlijst invulden, voelden deze papieren aan als een soort schatkist. Of als Sinterklaas, het is zo spannend wat er uit de vragenlijsten komt! Zou het de richting zijn die we hebben bedacht? Zou het iets opleveren? Kunnen we hier verder mee? Het enthousiasme is groot om dit tot een goed einde te brengen, al gaat daar nog veel tijd overheen en is de weg naar promoveren nog lang. Data verzamelen, interpreteren, vragenlijst aanpassen als dat nodig is, artikelen schrijven, interventie (training) ontwikkelen en standaardiseren, elementen bepalen, beschermende en risicofactoren inventariseren. Kortom, werk aan de winkel, waar we veel zin in hebben.
We hebben nog veel respondenten nodig, mensen die werkloos zijn, om de vragenlijsten in te vullen. Dus ben je, of ken je, iemand die dit zou willen doen, vinden wij het heel fijn als je contact opneemt. Dat kan door ons te mailen of bellen. Wij zijn er heel blij mee en met elke respondent geholpen!